Assets
Partnerreferentie Ultimo en vibber
Een ijzersterke samenwerking in de fleetmanagement en logisitieke sector. Lees hier over het...
vibber. Vooruit in beweging, bewogenheid en resultaat.
Het brandstofverbruik van een vrachtwagen speelt een belangrijk aandeel in de Total Cost of Ownership (TCO). Natuurlijk begint de besparing al bij de keuze van het juiste voertuig met de juiste configuratie voor het werk dat ermee moet worden gedaan. Daarnaast zijn er voor vrachtwagens een breed scala aan andere maatregelen om het brandstofverbruik flink terug te brengen. Zo kan bijvoorbeeld een enkele maatregel om bijvoorbeeld de aerodynamica van vrachtauto’s te verbeteren door gebruik van (juist afgestelde) spoilers al gauw 1 tot 4% brandstof besparen. Daarnaast kunnen maatregelen die een zuinige rijstijl stimuleren structureel tot 5% of zelfs 7% lagere brandstofkosten leiden. Om deze hoge besparingen te behalen is echter wel een omschakeling nodig in de cultuur van het transportbedrijf. Alleen het monitoren van chauffeurs op het brandstofverbruik van hun vrachtwagen is niet genoeg.
bewustwording is stap 1
Meten is wel het startpunt. Het is echter appels met peren vergelijken als er alleen gekeken wordt naar brandstofverbruik van de vloot, ook al denk je dat alle vrachtwagens hetzelfde werk doen. Vaak komen transporteurs er achter, na een analyse van de vloot waarbij wordt gekeken naar verschillende factoren zoals belading, geografie, voertuigconfiguratie, gemiddelde snelheid, et cetera, dat de verschillende voertuigen significant verschillend worden ingezet.
Om chauffeurs toch inzicht te kunnen geven en te kunnen beoordelen op brandstofverbruik, moet worden gekeken naar aspecten waar de chauffeur invloed op heeft. Dit is het gedrag van de chauffeur zelf. Hoe gaat hij om met zijn voertuig? Dit gedrag kan deels worden gemeten door een aantal parameters die door middel van de Canbus uit het voertuig kunnen worden verkregen. Belangrijk is om dan een boordcomputersysteem te kiezen wat helpt om deze parameters om te zetten in KPI’s (Key Performance Indicators) die terug te herleiden zijn naar het gedrag van de chauffeur. Vervolgens is het gedrag van deze chauffeur te vergelijken met andere chauffeurs die op soortgelijke voertuigen, soortgelijke activiteiten uitvoeren. Deze eerlijke vergelijking is één van de voorwaarden voor gedragsverandering. Chauffeurs willen namelijk net als ieder ander mens graag rechtvaardig worden behandeld. Indien ze het gevoel hebben dat dit niet zo is zullen ze geen motivatie hebben om hun gedrag te verbeteren. Een eerlijke vergelijking, in combinatie met het geven van inzicht zorgt voor bewustwording bij de chauffeurs.
voorwaarden voor gedragsverandering
Naast bewustwording en eerlijke beoordeling is nog een aantal andere voorwaarden nodig, voordat iemand zijn (rij)gedrag gaat aanpassen.
Dit zijn de persoonlijke motieven van de chauffeur. Je zult dus aan de chauffeurs duidelijk moeten maken wat ze er zelf aan hebben als ze hun rijgedrag verbeteren. Deze persoonlijke motieven kunnen echter per chauffeur verschillen. De ene chauffeur zal genoeg hebben aan het ervaren van de rust die het nieuwe rijden met zich mee brengt of een schouderklopje na het behalen van een mooie score, de andere gaat pas aan de slag als er een beloning in de vorm van bijvoorbeeld een cadeau tegenover staat. Je zal dus moeten zoeken naar verschillende methoden en een keuze maken die past bij de bedrijfsvisie.
Naast inzicht, bewustwording en persoonlijke motieven heeft de chauffeur ook de kennis en vaardigheden nodig om zijn gedrag aan te passen. Mist hij deze dan kan dit worden opgevangen door training en begeleiding.
mentoren
Een van de methoden om de chauffeurs hierbij te ondersteunen is het gebruikmaken van mentoren vanuit de chauffeursgroep. Vaak hoor ik bij transporteurs dat ze gebruik maken van mentoren. Maar dan alleen voor het inwerken van nieuwe chauffeurs. Wij zijn er echter van overtuigd dat mentoren nog veel beter benut kunnen worden. Deze ‘Top’-chauffeurs hebben namelijk vaak veel kennis en ervaring van het betreffende werk en zijn enthousiast zodat ze gewenste gedragingen, die in theorie zijn bepaald, kunnen vertalen naar praktische handelingen tijdens het dagelijkse werk van de chauffeur tijdens training ‘on the job’.
gelegenheid
Bij veel transporteurs heb ik ervaren dat als bovengenoemde voorwaarden er zijn, maar vervolgens voor de chauffeur niet de gelegenheid wordt geboden om zijn gedrag tijdens zijn normale dagelijkse werkzaamheden aan te passen en te experimenteren met geleerde zaken, er weinig terecht zal komen van de gewenste gedragsverandering. Vaak wordt de chauffeur beïnvloed door andere factoren, zoals de planner die niet meegenomen is in het veranderingstraject of er wordt te weinig aandacht besteed aan het optimaal onderhouden van hun vrachtwagen waardoor er frustratie ontstaat bij chauffeurs omdat de vrachtwagen niet optimaal functioneert. Daarom willen wij benadrukken dat om de gewenste gedragsverandering bij chauffeurs te bewerkstellen niet alleen de chauffeur moet veranderen maar ook de andere medewerkers van het bedrijf, zoals planners, wagenparkbeheer en HR zullen meegenomen moeten worden in het veranderproces.
opvolging
Tenslotte is het van belang om nadat de gedragsverandering bij de chauffeur is ingezet dat dit ook vastgehouden wordt. Daarvoor is opvolging nodig. Dit kan op verschillende manieren.
Eén daarvan is ook weer de mentorchauffeur die dan een coachende rol kan vervullen door opvolging te geven aan de chauffeursrapporten betreft hun rijstijl. Waarbij met een coaching gesprek aan de hand van het rapport duidelijke doelen en acties worden afgesproken tussen de chauffeur en mentor. Belangrijk hierbij is wel dat de mentor de juiste opleiding krijgt om naast zijn technische kennis en ervaring ook op softskills juist te kunnen handelen.
vibber. Toekomstgericht met aandacht voor continuïteit en duurzaamheid.